Notulen  Raad voor Maatschappelijk Welzijn

De ontwerpnotulen van de vorige zitting werden opgemaakt. Er worden geen opmerkingen gemaakt.

De leidraad organisatiebeheersing, een door de Vlaamse overheid ontwikkeld instrument voor interne controle op organisatieniveau, maakt als evaluatie-instrument al sinds 2015 integraal deel uit van het algemeen kader organisatiebeheersing. 

Op basis van de eerste zelfevaluatie die werd afgerond in 2015 werden prioritaire acties vastgelegd, uitgevoerd en opgevolgd vanuit het managementteam.

Het voorbije jaar werd een tweede zelfevaluatie gedaan, deze heeft door omstandigheden (corona, oekraïne, ...) wat vertraging opgelopen maar is zo goed als afgerond.

• 22 december 2017 en wijzigingen: Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald artikels 217 tot 220 bepalen dat organisatiebeheersing het geheel is van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men

1° de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico's om deze te bereiken kent en beheerst;
2° wetgeving en procedures naleeft;
3° over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4° op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5° de activa beschermt en fraude voorkomt. 

Het organisatiebeheersingssysteem bepaalt op welke wijze de organisatiebeheersing van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn wordt georganiseerd, met inbegrip van de te nemen controlemaatregelen, procedures en de aanwijzing van de personeelsleden en organen die ervoor verantwoordelijk zijn, en de rapporteringsverplichtingen van de personeelsleden die bij het organisatiebeheersingssysteem betrokken zijn. Het organisatiebeheersingssysteem beantwoordt minstens aan het principe van functiescheiding waar mogelijk en is verenigbaar met de continuïteit van de werking van de gemeentelijke diensten. Het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. 

Als piloot 2019 voor BBC 2020 is dit de derde jaarrekening voor gemeente en OCMW samen.

De jaarrekening bestaat uit een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting. De financieel directeur staat in voor de opmaak van de financiële nota en de toelichting, en de algemeen directeur voor de opmaak van de beleidsevaluatie. Het ontwerp van de jaarrekening wordt ter advies voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau en het MAT.

Na positief advies wordt de jaarrekening voorgelegd aan de raden.

Het MAT verleende positief advies op 8 juni 2022.

Het college en vast bureau  verleenden positief advies op 13 juni 2022.

De raden stemmen elk over hun deel van de jaarrekening. Nadat de raden elk voor hun deel de jaarrekening goedkeuren keurt de gemeenteraad het deel zoals vastgesteld door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn goed. Door die goedkeuring wordt de jaarrekening in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

De financieel directeur vervoegt de vergadering om een toelichting te geven bij dit agendapunt. 

• 22 december 2017 en wijzigingen: Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald artikel 249 tot en met 269.

In het eerste jaar van de nieuwe legislatuur werd er een nieuw meerjarenplan 2020-2025 opgesteld.  Dit meerjarenplan wordt jaarlijks herbekeken en bijgestuurd indien nodig.

De financieel directeur en algemeen directeur staan in voor de opmaak van de aanpassing meerjarenplan. 

De aanpassing meerjarenplan 2020-2025 werd besproken op het college van burgemeester en schepenen van 22 november 2021 en vast bureau van 23 november 2021 en op het managementteam van 24 november 2021, beide met gunstig advies. 

Aan de raadsleden werd 14 dagen voorafgaand aan de raad de aanpassing meerjarenplan 2020-2025 overgemaakt.

• 22 december 2017 en wijzigingen: Decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikel 249.
• De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
• De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.
• Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
• 30 maart 2018 en wijzigingen: Besluit Vlaamse regering omtrent de beleids– en beheerscyclus van de lokale besturen.

• 22 december 2017 en wijzigingen: Decreet Lokaal Bestuur, art. 490.
• 25 mei 2022 en wijzigingen: Besluit Algemene Vergadering welzijnsvereniging Welzijnszorg Kempen tot vaststelling van de rekening 2021.