Terug
Gepubliceerd op 30/03/2021

2021_RMW_00007 - Vaststelling begrip dagelijks bestuur - Vaststelling vrijstelling van visumverplichting - Goedkeuring

Raad voor Maatschappelijk Welzijn
di 02/03/2021 - 20:00 Raadzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Lieven Janssens, burgemeester; Guy Peeters, voorzitter; Luc Lauwereys, raadslid; Paul Laeremans, raadslid; Simon Dens, raadslid; Mizel Gebruers, schepen; Kobe Vercauteren, schepen; Sara Van Rooy, raadslid; Jos Bouly, schepen; Sofie Rombouts, raadslid; Benny Van Hooghten, raadslid; Bea Landuyt, raadslid; Priscilla Geluykens, schepen; Viki Matheussen, raadslid; Nele Wuyts, raadslid; Glenn Van de Vel, raadslid; Niels De Ceuster, raadslid; Carine Vercammen, raadslid; Eva Somers; Elly Beirinckx, algemeen directeur

Secretaris

Elly Beirinckx, algemeen directeur

Voorzitter

Guy Peeters, voorzitter

Stemming op het agendapunt

2021_RMW_00007 - Vaststelling begrip dagelijks bestuur - Vaststelling vrijstelling van visumverplichting - Goedkeuring
Goedgekeurd

Aanwezig

Lieven Janssens, Guy Peeters, Luc Lauwereys, Paul Laeremans, Simon Dens, Mizel Gebruers, Kobe Vercauteren, Sara Van Rooy, Jos Bouly, Sofie Rombouts, Benny Van Hooghten, Bea Landuyt, Priscilla Geluykens, Viki Matheussen, Nele Wuyts, Glenn Van de Vel, Niels De Ceuster, Carine Vercammen, Eva Somers, Elly Beirinckx
Stemmen voor 19
Lieven Janssens, Viki Matheussen, Nele Wuyts, Benny Van Hooghten, Niels De Ceuster, Eva Somers, Sofie Rombouts, Carine Vercammen, Simon Dens, Glenn Van de Vel, Sara Van Rooy, Luc Lauwereys, Kobe Vercauteren, Paul Laeremans, Mizel Gebruers, Jos Bouly, Bea Landuyt, Priscilla Geluykens, Guy Peeters
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2021_RMW_00007 - Vaststelling begrip dagelijks bestuur - Vaststelling vrijstelling van visumverplichting - Goedkeuring 2021_RMW_00007 - Vaststelling begrip dagelijks bestuur - Vaststelling vrijstelling van visumverplichting - Goedkeuring

Motivering

Feiten en context

De gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn zijn bevoegd om te bepalen wat onder het begrip dagelijks bestuur valt en om de vrijstelling voor visumverplichting te bepalen. 

De gemeente- en OCMW-raad hebben in 2017 hierin al goedkeuring verleend. Het besluit van de gemeenteraad kan behouden blijven. Het OCMW-raadsbesluit werd hierop destijds afgestemd binnen de context die toen van toepassing was. Er was nl. geen Vast Bureau op dat moment. 

Nu gemeente en OCMW een geïntegreerde werking kennen en een het Vast Bureau samenvalt met het College van Burgemeester en Schepenen, is het aangewezen om dit besluit te hernemen en volledig af te stemmen op het gemeenteraadsbesluit.

Juridische grond

  •  22 december 2017 en wijzigingen: Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald 
    • artikel 56 en 84 bepalen dat het schepencollege en vast bureau bevoegd zijn voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten, wanneer de opdracht past binnen het begrip dagelijks bestuur
  • 30 maart 2018 en wijzigingen: Besluit Vlaamse Regering betreffende de beleid- en beheerscyclus, meer bepaald artikel 121 bepaalt dat volgende categorieën van verrichtingen niet kunnen worden uitgesloten van de visumverplichting:
    1° de aanstelling van statutaire personeelsleden;
    2° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor onbepaalde duur;
    3° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor een periode van één jaar of meer;
    4° de verbintenissen waarvan het bedrag hoger is dan vijftigduizend euro;
    5° de verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van meer dan één jaar en waarvan het jaarlijkse bedrag hoger is dan vijfentwintigduizend euro;
    6° de investeringssubsidies waarvan het bedrag hoger is dan tienduizend euro.
    Bij opeenvolgende contracten voor de aanstelling van contractuele personeelsleden voor dezelfde functie wordt de totale duur aangenomen voor de toepassing van het eerste lid.
    In afwijking van het eerste lid, 3°, kunnen de aanstellingen van één jaar of meer in de volgende gevallen wel uitgesloten worden van de visumverplichting:
    1° een tewerkstelling met toepassing van artikel 60, paragraaf 7, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
    2° een tewerkstelling ter uitvoering van andere werkgelegenheidsmaatregelen van hogere overheden dan de werkgelegenheidsmaatregelen, vermeld in punt 1°, voor maximaal vier jaar, in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in hoofdstuk IV, afdeling 1, van de voormelde wet, of in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 8, 9 of 13, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.  
  • 17 juni 2016 en wijzigingen: Wet inzake overheidsopdrachten
  • 17 juni 2016 en wijzigingen: Wet betreffende de concessieovereenkomsten
  • 25 juni 2017 en wijzigingen: Koninklijk Besluit betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
  • 18 april 2017 en wijzigingen: Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren

Besluit

De raad voor maatschappelijk welzijn beslist:

Artikel 1

Worden beschouwd als opdrachten van dagelijks bestuur in de zin van artikel 56 en 84 van het Decreet Lokaal Bestuur:

  • Alle opdrachten waarvoor kredieten op het exploitatiebudget zijn voorzien. 
  • Opdrachten met een waarde lager dan 30.000 euro excl. btw waarvoor kredieten op het investeringsbudget zijn voorzien. 
  • De bevoegdheid om binnen de grenzen van een goedgekeurd budget wijzigingen aan te brengen aan een overeenkomst voor zover hieruit geen bijkomende uitgaven voortvloeien van meer dan 10%.

Artikel 2

De financieel directeur dient minimaal een voorafgaand visum te geven op alle voorgenomen verbintenissen met een budgettaire en financiële impact die het bestuur wenst aan te gaan met uitzondering van deze die betrekking hebben op het dagelijks bestuur en waarvan het bedrag niet hoger is dan 15.000 euro (excl. btw), met uitzondering van de contractuele aanstellingen waarvan de duur niet meer bedraagt dan één jaar. Investeringssubsidies zijn steeds onderworpen aan het voorafgaand visum.

Om te bepalen of een verrichting uitgesloten is van voorafgaande visumverplichting houdt de financieel directeur rekening met de volledige looptijd van de voorgenomen verbintenis. Voor verbintenissen van onbepaalde duur houdt de financieel directeur rekening met een forfaitaire looptijd van drie jaren.

Deze bepaling geldt zolang geen andere richtlijnen door de hogere overheid worden opgelegd.